Mijn vader, Siem Braal is 93 jaar geworden. Op zeven maart dit jaar overleed hij.
Heel zijn leven is hij een ongelofelijke optimist geweest, behalve het laatste jaar. Hij was al een tijdje blind aan het worden, maar dat mocht de pret niet drukken. Als ik kwam, legde hij me haarfijn uit wat voor leuke voorziening hij nu weer had gekregen. Een apparaat om de ondertiteling te kunnen luisteren, een TV vergroter, een computervergroter, luisterboeken, je noemt het maar op. Hij was er allemaal even enthousiast over. Naarmate hij minder kon zien en de apparaten hem ook niet meer uit de brand konden helpen, kreeg hij meer en meer last van zijn blindheid. Daar kwam het laatste jaar bovenop dat zijn verzorginghuis moest sluiten en alle bewoners moesten een ander onderkomen zoeken. Omdat hij daar een vriendin had, moesten de kinderen van beide families (ik niet, ik zit in Zweden) hemel en aarde bewegen om voor elkaar te krijgen dat zij allebei in hetzelfde huis terecht konden. Het is inderdaad gelukt en hij heeft dus precies 1 nacht geslapen in zijn nieuwe huis toen hij overleed in zijn slaap. Langverwacht, dat wel en een verlossing voor hem, dat ook, maar evenzogoed ben je ineens wees. Leo was nog erg zwak toen ik naar de begrafenis zou gaan. Eigenlijk durfde ik niet, maar hij stond erop dat ik gewoon ging. Hij kon zich wel redden 1½ dag, langer niet. ’s Morgens om 06.20 vertrekt er een vliegtuig vanaf ons vliegveld en dan ben ik om 8 uur in Amsterdam. Daar huur ik een auto en dus liep ik om een uur of kwart over negen in Crooswijk, terwijl de begrafenis crematie daar om elf uur zou zijn. Tijd om wat foto’s te nemen.
In 1969 heb ik een jaar in Crooswijk gewoond, in een huisje onder de huurwaarde, een halve woning, in de Pijperstraat. De huur bedroeg 15 gulden per week…… Het was een ruimte van 6 x 5 m. die bestond uit een woonkamer, een gangetje met WC en een keuken. Je sliep gewoon in de kamer op een opklapbed(eethoek opzij schuiven). Op zolder was dan nog een douche.
Het slachthuis stond nog gewoon aan het einde van de straat. Die huizen aan de Pijperstraat staan er allang niet meer, evenals het slachthuis en ze zijn hard bezig nog meer af te breken in hoog tempo.

Ik zag dat het klooster aan het begin van de straat ook rijp is voor de sloop.

Gelukkig was slagerij Haak er nog gewoon, echt leuk! Ik heb daar heel wat lekker vlees gekocht. Ik heb zelfs een keer per ongeluk twee kalfsschnitzels gekregen voor de prijs van varkenssnitseld! Dat was in de drukte vlak voor Kerst fout gegaan….


Omdat ik zo laat geboekt had en zo snel weer terug zou gaan, (de volgende dag) moest ik 800 Euro (ACHTHONDERD!!) neertellen voor dat geintje! Normaal betaal ik rondde 200 Euro. Ik ben wel blij dat ik gegaan ben, ik ben altijd een fan van behoorlijk afscheid nemen, hoewel je natuurlijk niet voor je lol naar een begrafenis gaat. ’s Middags na de begrafenis hebben we nog gezellig geluncht bij mijn ‘broer en schoonzus’ (lang verhaal), waar we foto’s hebben gekeken van een heel lang mensenleven. Je mocht de foto’s meenemen die je wilde hebben en ik heb deze uitgekozen.
Mijn vader is heel zijn leven onderwijzer geweest. Eerst heeft hij in de Potgieterstraat gewerkt en daarna is hij hoofd geweest van de Pijnackerschool. Toen is hij gescheiden en heeft nog op een school in de Zwartewaalstraat (?) gewerkt, maar daar ben ik nooit geweest. Deze foto is van de Pijnackerschool, wie helpt me aan namen? Dat meisje vooraan heette Elly en ze had wat met die onderwijzer links in de hoek. Van de rest weet ik beslist geen namen meer. Ik speelde daar altijd Zwarte Piet op die school. Dat moet van ’61-’65 geweest zijn, want toen zat ik op Middelbare School.
Na het hele gebeuren, ben ik naar mijn dochter in HIA gegaan om te slapen. In het volgende logje vertel ik verder van de terugreis, die ook uiterst interessant was….